Project foto's
Artikel voor tijdschrift Metropolis M over het verdwijnen van Museum De Paviljoens
Metropolis M,Museum De Paviljoens
Almere
Almere | Aue paviljoens | Hectare Cultuur | MetrololisM | Museum De Paviljoens
In 2013 besloot het toenmalig gemeentebestuur van Almere om Museum De Paviljoens op te heffen. Daarmee kwam een einde aan de 19-jarige bijdrage van dit instituut aan de culturele profilering van de stad. De Paviljoens slaagden er, onder leiding van achtereenvolgens Lia Gieling en Mascha Roesink, gedurende die bijna twee decennia regelmatig in om met tentoonstellingen en installaties te reflecteren op de wording en essentie van de jonge stad. Ook de vorming van een permanente collectie door het museum droeg daaraan bij. Tal van nationale en internationale kunstenaars en andere ontwerpers werden door het museum uitgenodigd om via tentoonstellingen, opdrachten en ander projectvormen hun visie op de stad en de culturele en maatschappelijke ontwikkeling te geven. In de jaren van haar bestaan groeide De Paviljoens echter ook uit tot een podium en instituut van nationale en internationale faam dat qua waarde en betekenis die van lokaal museum ver oversteeg. Zo ontving het museum in 2005 een AICA-oorkonde en werd het in 2010 en 2011 door Kunstbeeld tot de top 10 van beste Nederlandse musea voor hedendaagse kunst gerekend.
De Paviljoens kwamen in 1994 voort uit het roemruchte Aleph, een ruimte in de kelder van het stadhuis van Almere, waar tussen 1988 en 1993 een permanente programmering met veelal tijdelijke installaties plaatsvond. In 1994 nam De Paviljoens het stokje over nadat de gemeente met het nodige lef de Aue Paviljoens op de kop had getikt. Deze Aue paviljoens werden door het Belgische Robbrecht en Daem architecten ontworpen ter gelegenheid van de Dokumenta IX (1992) in Kassel die geleid werd door de eveneens Belgische Jan Hoet curator. Het tijdelijke karakter en de daarbij passende vormgeving van de vijf paviljoens sloot wonderwel goed bij de zoekende en niet definitieve status van stad en culturele wording van Almere.
Het afstoten van de gebouwen van De Paviljoens en de grond waarop ze stonden was volgens het bestuur nodig omdat in de cultuurbegroting andere prioriteiten golden. Heel concreet ging dat om het zeer kostbare cultureel centrum Hectare Cultuur (het huidige Kunstlinie Almere Flevoland – KAF). Een construct van de gemeente waarin verschillende bestaande culturele instellingen dienden samen te gaan. Een van de gebruikte argumenten voor het afstoten van de paviljoens, namelijk het verlopen van de afschrijvingsduur bleek ook zeer betrekkelijk. Ontwikkelaar Schipper Bosch kocht de gebouwen en herbouwde ze in Amersfoort in het kader van de stedelijke gebied-transformatie De Nieuwe Stad.
In opdracht van Metropolis M, onafhankelijk tweemaandelijks tijdschrift over hedendaagse kunst, schreef ik in 2013 het artikel ‘Beton en porselein. Bij het verdwijnen van De Paviljoens’ over de verwikkelingen rond het afschrijven van gebouwen en museum.
[fragment uit het artikel]
Het gebouw is voor De Paviljoens altijd een inspiratiebron en vehikel geweest om de algemene discussie te voeden over de vorm die een flexibel museummodel kan aannemen. Diverse tentoonstellingen, zoals Ambitie! Boven het maaiveld van de stad (1999) en De Stedelijke Conditie (2006), maar ook het symposium Almere: Poldergeist in Museumland (1999) verhielden zich op verschillende wijze met dit uitgangspunt én met de vraag welk museummodel passend was bij (de ontwikkeling van) een jonge polderstad. Nog concreter omtrent de betrekking tussen gebouw, plek en stad waren de twee Site2F7-festivals (2008, 2009) waarbij het museum letterlijk de ruimte om het gebouw als onderwerp en basis nam voor reflectie op kunst en de samenleving en ruimtelijke kwaliteit van een nieuwe stad.
0 reacties